Flore Deman is illustrator.
geboortejaar: 1992
geboorteplaats: Waregem
woonplaats: Gent
bezig sinds 2014
Waar is het allemaal begonnen?
Ik teken en schilder al van toen ik klein was. In de lagere school vond ik het een uitdaging om de figuren uit tekenfilms en sprookjesboeken na te tekenen. Sommige figuren tekende ik tientallen keren na tot ik de vorm onder de knie had. In de middelbare school tekende ik veel na de schooluren. Toen waren het vaak realistische tekeningen en portretten in potlood. Later werden dat olieverfschilderijen. Een stijl die geen stijl was, maar het gaf me wel de nodige techniek om verder te gaan met tekenen. Ik volgde van mijn 7 tot 18 jaar lessen aan de kunstacademie waar ik ook digitaal leerde tekenen. Ik denk dat die lessen mijn portfolio mee gevormd hebben, aangezien ik zowel op papier als digitaal teken.
Toen ik 18 was ging ik in Gent studeren voor leerkracht Plastische Opvoeding en Project Kunstvakken. In het tweede jaar kregen we sessies rond verschillende kunstvormen. De sessies illustratie bleven in mijn hoofd hangen en boeiden me genoeg om zelf aan te slag te gaan. In 2014 werd tekenen illustreren en ondertussen zijn we drie jaar verder.
Wat is het slechtste advies dat je al hebt gekregen?
“Zorg dat je tekening mooi is, dan komt alles goed.” Een illustratie kan mooi zijn, maar hoeft dat niet te zijn. Soms frustreert het me dat mijn tekeningen beoordeeld worden op basis van mooi of niet mooi. Een illustratie moet diepgang hebben. Ik verwacht dat de kijker naar het verhaal achter de tekening zoekt.
Mooiste moment tijdens het creatieproces?
Ik kijk soms dagen uit naar de schets- en brainstormfase. Als ik een idee krijg en moet wachten tot ik de tijd heb om de illustratie uit te werken. Dan kriebelt het om te tekenen. Dat is voor mij het mooiste moment.
Wat inspireert je niet?
Zaken waar geen emotie in zit, rationele informatie, feiten. Ik heb nood aan een krachtige verhaallijn, een emotie en mensen met passie. Dat biedt me de nodige basis om aan de slag te gaan. Ik kijk op naar andere illustratoren die die interesse met mij delen.
Waar ben je trots op?
Ik ben trots op de variatie in mijn portfolio. Van muurschildering tot magazine, van geboortekaart tot krant, van LP-hoes tot raamtekening.
Wie zou je graag ontmoeten/met wie zou je graag samenwerken?
Ik zou in de toekomst graag nog eens samenwerken met schrijvers, zoals ik dat met Lize Spit op het Watou Kunstenfestival deed. Schrijvers geven me nieuwe inzichten en dat levert dan weer nieuwe beelden op. De teksten dagen me uit om eens een andere weg op te gaan. Interactie met andere kunstenaars doorbreekt ook de routine. Het lijkt me fijn om nog eens met muzikanten of woordkunstenaars samen te werken.
Lievelingsmateriaal?
Een zwart stiftje, kleurrijke posca verfstiften en een fijn penseel. De verfstiften geven een egaal, sterk kleur. Met een fijn penseel neem ik de verf van de stiften over en kleur ik fijne elementen. Het zwarte stiftje zorgt voor mijn kenmerkende omlijning van de figuren. Daarnaast kan ik mijn Macbook niet missen, ik teken namelijk heel vaak digitaal.
Wat had je gedaan als je dit niet had gedaan?
Naast illustrator werk ik op de cultuurdienst in Waregem. Een job die ik heel graag doe. Ik breng cultuur in de stad en dat is voor mij een fijne doelstelling. Ik weet eigenlijk niet wat ik zou doen indien ik niet met kunst en cultuur zou bezig zijn. Had ik geen Plastische Opvoeding of Project Kunstvakken gestudeerd, dan was ik waarschijnlijk in sociaal-cultureel werk, interieurvormgeving, architectuur of grafisch ontwerp beland. Ik wist eigenlijk niet goed wat ik wilde studeren toen ik 18 jaar was, maar de richting PO lag me goed. Ik ben niet in het onderwijs beland maar ga wel nog steeds creatief aan de slag.
Wanneer was je grootste twijfelmoment?
Dat weet ik niet, al weet ik wel dat sommige situaties me angst geven. Een illustratie maken voor een magazine als De Morgen maakt me zowel enorm enthousiast als angstig. Ik twijfel bij elk project aan mezelf. Ik maak een muurschildering en weet dat het ontwerp goed zit, en toch geeft de witte muur me twijfels. Ik wil graag dat alles meteen goed zit. Ik werk ook vaak alleen dus ik krijg weinig tot geen feedback op mijn werk, waardoor ik twijfel aan de stijl, de vorm of het thema.
Wie is jouw grootste steunpilaar?
Thomas, mijn vriend. Hij weet dat illustreren mijn passie is en geeft me de nodige steun, tijd en motivatie.
Lievelingsbeeld?
Ik koos een werk van Hockney. Ik heb meerdere kunstenaars die me inspireren en waar ik naar opkijk. David Hockney is daar een van. Hij wist als geen ander tijdloze beelden te creëren. Ik hou van de realistische stijl waarmee hij figuren in een soms vreemde, stille context plaatst. De houding van de twee figuren is prachtig. Als kijker krijg ik interactie met de vrouw maar boeit de houding van de man me evenzeer. Het intensieve kleurgebruik van Hockney weet me steeds te inspireren.
Wat is je mooiste zin?
Mijn allereerste illustratie was een tekening van een vrouw met lange jurk en groene schoenen. Ze kijkt door een haag naar de tuin van de buren. De illustratie heeft de titel
“Uw schoenen zijn groener dan hun gras.”
Het is een zin waar ik vaak aan terug denk.
Wat wil je nog graag doen?
Ik combineer graag verschillende projecten en heb nog heel wat plannen. Ik wil graag tekenen op groot formaat, tekenen voor magazines en kranten. Ik wil tijd maken om mijn portfolio te verruimen met nieuwe werken. Misschien eens tijd maken voor andere formaten, thema’s en materialen.
Waar werk je?
Ik teken altijd aan de livingtafel. Ik heb een tekentafel maar teken er nooit aan omdat die in een eerder donkere ruimte staat.
Dit is een zeer geslaagd interview met slimme vragen en toepasselijke foto’s. Het is een mooi portret van Flore D.
LikeLike