Frederick maakt samen met zijn broer Gustaaf onder de naam Potgieter & Potgieter meubels van eigen ontwerp in metaal en hout.
geboortejaar: 1988
geboorteplaats: Pretoria, Zuid-Afrika
woonplaats: Gent
begonnen met Potgieter & Potgieter in 2016
Waar is het allemaal begonnen?
Toen ik klein was, timmerde ik al heel graag. We zijn van Gent naar Herzele verhuisd toen ik zes jaar was. Op de zolder van de stallingen aan ons nieuwe huis vonden we een hoop oude houten planken en een doos verroeste gebruikte spijkers. Ik weet nog dat ik vaak aan mijn vader vroeg of ik wat mocht timmeren. Dat mocht, op voorwaarde dat ik de verroeste spijkers recht klopte (lacht).
Een paar jaar later, op mijn tiende, had ik een droom die me heel erg is bijgebleven. Het was een beetje zoals de film ‘Inception’: ik ontwierp een huis terwijl ik er door liep, maar ook alle meubelen die erin stonden, die allemaal met ingenieuze onzichtbare systemen in de grond of in de muren konden verdwijnen. Tot in de kleinste details, zo zag ik bijvoorbeeld exact voor me hoe in het bureau de pennen in een vakje lagen dat in het blad ingewerkt was. Dat vond ik fantastisch. Die droom heb ik pas na mijn studies kunnen verwerkelijken, want ik mocht van mijn ouders geen opleiding houtbewerking doen. (Waar ik hen achteraf gezien overigens heel dankbaar voor ben!)
Wat is het slechtste advies dat je al hebt gekregen?
Ik vroeg eens aan een meubelmaker hoe hij zijn kaders maakte. “Daarvoor moet je naar school gaan”, antwoordde hij. Alsof ik door mijn vraag te stellen, geen respect toonde voor het vak. Ik raad iedereen aan om zich niet te laten tegenhouden door dingen niet op de klassieke manier te hebben gedaan. Ik heb bijvoorbeeld veel geleerd van YouTube-tutorials. Het is ongelooflijk hoeveel je kan bereiken als je echt geïnteresseerd en gepassioneerd bent.
Mooiste moment tijdens het creatieproces?
Goh, alles heeft zijn charme. (denkt na) Het schuren. Dan komt alles samen. Schuren terwijl ik met mijn koptelefoon naar mooie muziek luister.
Wat inspireert je niet?
Zelfs dingen die me ergeren inspireren me (lacht).
Waar ben je trots op?
Dat ik al zo ver geraakt ben, ondanks de omwegen. Dat ik al een atelier heb en kan doen wat ik doe. Ik weet dat ik nog veel moet leren, maar ik ben al trots op mijn parcours.
Wie zou je graag ontmoeten/met wie zou je graag samenwerken?
(denkt na). Ik zou ze niet per se willen ontmoeten, maar mensen die ik inspirerend vind zijn Milo Rau en Jacques Brel. Milo is de artistiek directeur van NTGent en verbetert volgens mijn bescheiden mening de wereld met zijn toneelstukken.
Lievelingsmateriaal?
Hout.
Wat had je gedaan als je dit niet had gedaan?
Schrijven. Ik wou zoals gezegd na het zesde studiejaar naar de technische school, maar dat mocht niet. Ik las altijd al graag en veel, en het werd mijn nieuwe droom om schrijver te worden. En kijk, ondertussen ben ik toch meubelmaker geworden (lacht). Maar schrijven doe ik ook nog steeds.
Wanneer was je grootste twijfelmoment?
Iedere keer als ik iets nieuws probeer waarvan ik niet zeker weet of het zal lukken. Wanneer we op de werf zijn en er iets niet onmiddellijk lukt, krijgt ik al snel last van het imposter syndrome. Maar tegelijkertijd zijn zulke momenten ook heel gelukkig als het dan alsnog lukt. Als ik een barrière overwin zodat ik erna nog zottere dingen kan doen (lacht). Maar zoals gezegd ervaar ik die momenten eerst altijd als een tegenslag. Mijn broer Gustaaf is daar anders in. Hij wil juist het probleem wel onmiddellijk oplossen, wat meestal wel lukt. We vullen elkaar goed aan op dat vlak.
Wie is jouw grootste steunpilaar?
Liesbeth, mijn vriendin. Toen we nog maar een jaar samen waren, heb ik, aanvankelijk gewoon als hobby, samen met Gustaaf een cursus siersmeden gevolgd. Die hobby is nu dus geëvolueerd in voltijds werk (lacht). We hebben nog niet zo lang geleden samen een huis gekocht. Ik besef maar al te goed dat het niet evident is om de zekerheid wat los te laten en me in mijn keuze te steunen.
Wat is je mooiste zin?
Uit het boek ‘De man zonder eigenschappen’ van Robert Musil:
“Het moet makkelijk zijn om (…) in kilometers te denken als je geen idee hebt wat er aan rijkdom kan schuilen in elke millimeter!”
Voor mij heeft die zin twee betekenissen. De voor de hand liggende, bij deze nogal negatieve verwoording is dat mensen die in kilometers denken het bij het verkeerde eind hebben, omdat je ook moet kunnen stilstaan bij alle kleine details. Anderzijds ben ik gaan beseffen dat je niet vooruit geraakt als je je in die details verliest.
Wat wil je nog graag doen?
Ik ben nu al bezig met schrijven, maar eigenlijk heb ik er meer tijd voor nodig. Ik schrijf nu vooral gedichten, waarvan er eentje is gepubliceerd in DW B (literair tijdschrift, n.v.d.r.). Proza is nochtans meer mijn ding, maar het komt er maar niet van omdat ik te weinig schrijf en er dus geen bevestiging over krijg en daardoor nog minder schrijf en tjah, dat is natuurlijk een vicieuze cirkel (lacht). Maar ik zou dus graag meer tijd hebben om me erop toe te leggen. Een residentie doen bijvoorbeeld, of een wedstrijd winnen, iets dat ruimte creëert.
Waar werk je?
frederik,is de am. eik droog genoeg?
LikeLike